Zijn deelauto's ook geschikt voor kleinere plaatsen?
Autodelen is van oudsher een fenomeen van grote steden. Logisch, want daar wonen mensen dicht op elkaar en is (parkeer)ruimte schaarser. Maar anno 2025 vind je Greenwheels ook in een groeiend aantal kleinere plaatsen. Met wisselend succes. Wat maakt een deelauto in een kleinere stad succesvol? We geven graag een inkijkje.
In een stad zijn parkeerplekken schaars en duur en hebben bewoners de keuze uit veel verschillende vormen van mobiliteit. Hoe dichter mensen op elkaar wonen, hoe lager het autobezit en -gebruik. De missie van Greenwheels - buurten leefbaarder maken door gedeeld autogebruik - was hier dan ook al snel succesvol.
Autodelen is minder vanzelfsprekend in kleine steden
Inmiddels zijn er deelauto’s te vinden in 150 gemeenten, waaronder een groeiend aantal kleinere plaatsen. In deze gemeenten hebben inwoners vaak één of meerdere auto’s in bezit (0,6 per huishouden), maar hoe groter de afstand tot de Randstad wordt, des te meer het autobezit toeneemt. In landelijk gebied is het autobezit ruim twee keer zo hoog. Landelijke gebieden en kleinere steden zijn sinds de jaren 60 steeds vaker ingericht op autogebruik; voorzieningen zijn verder weg, vervoersopties zijn beperkter en voor parkeren wordt ruimte gemaakt.
De deelauto als tweede of derde auto
Autoloos leven is daarom vanuit praktisch oogpunt, een minder haalbare kaart voor kleinere plaatsen. Wat niet wegneemt dat de deelauto er wel van grote toegevoegde waarde kan zijn. In deze steden en gebieden kan een Greenwheels als vervanging van een tweede of derde auto dienen. Die staat – ook in landelijke regio’s – nog vaker stil dan de eerste auto, namelijk zo’n 97-98% van de tijd. En ook deze auto’s moeten geproduceerd en onderhouden worden – en nemen ruimte in.
Artikel gaat verder onder de foto.

Een voorbeeld: Brummen
Brummen, in Gelderland, is een plaats met bijna 8.500 inwoners, 1,55 auto’s per huishouden en één Greenwheels-deelauto. De auto wordt elke dag gemiddeld bijna 4 uur gebruikt, net iets minder dan het landelijk gemiddelde (4,5). Een kleine belronde leert dat 67% van de ondervraagde Greenwheels-rijders de auto inderdaad als tweede auto inzet. Dat past bij het beeld van landelijk onderzoek: deelauto’s zorgen voor minder stilstaande privéauto’s op straat.
Succesfactoren voor deelauto’s in kleinere gemeenten
Geen één plaats in Nederland is hetzelfde. Deelauto’s in kleinere kernen zijn vaak afhankelijk van samenwerking met lokale overheden en organisaties. Enkele belangrijke lessen uit de praktijk:
1. Begin klein en centraal
De eerste stap in een nieuwe gemeente is vaak he plaatsen op een centrale locatie. Hier is de grootste groep potentiële gebruikers te vinden: van treinreizigers tot buurtbewoners. De Brummense deelauto staat bij het station.
2. Campagnes, bewustwording, goed voorbeeld Buiten grote steden is men nog lang niet altijd bekend met deelvervoer. Campagnes die het financiële voordeel en het gemak van een deelauto belichten, kunnen bijdragen aan de overstap naar een deelauto. Het benadrukken van de impact op een groenere en leefbaardere buurt motiveert bewoners ook. In Brummen werd de deelauto meermaals genoemd in De Stentor en lokale kranten. Daarnaast maakt de gemeente zelf gebruik van de deelauto, ambtenaren reserveren deze voor dienstreizen.
3. Regionale samenwerking loont
Een mooi voorbeeld is de samenwerking met Zuid-Limburg Bereikbaar, een organisatie van 16 Zuid-Limburgse gemeenten. Dankzij een gecoördineerde aanpak worden er momenteel ruim 60 deelauto’s geplaatst in die regio. Dit soort samenwerkingen biedt schaalvoordelen, vergemakkelijkt de operatie en maakt promotie makkelijker en voordeliger.
Blik op de toekomst
Deelauto’s zijn niet alleen voorbehouden aan de grote stad. Met de juiste aanpak kunnen ook kleinere kernen profiteren van de voordelen. De sleutel ligt in een gedegen start, samenwerking en bewustwording. Zo werken we graag samen aan een Nederland met minder stilstaande auto’s en leefbare buurten: van grote stad tot klein dorp.
Dus, zijn deelauto's ook geschikt voor kleinere plaatsen? Het korte antwoord is: er is veel mogelijk, als we er samen voor willen gaan.